In de parasja van deze week, wajera, stelt Hakadosj Baroech Hoe Awraham op de proef met de stad Sedom, de stad waar het kwaad een norm was, waar zondaars overal aanwezig waren en die Hij zei te willen vernietigen. Awraham reageert door zijn uiterste best te doen om Sedom te redden. De vraag is of Awraham echt tot het uiterste is gegaan om Sedom te redden? Had hij meer kunnen doen?

De Tora vertelt ons dat Awraham gasten had; de engelen die hem de geboorte van zijn zoon aankondigden. Op het moment dat de gasten richting Sedom vertrokken, vertelt de Tora ons in 18:17-19 …..dat er een dialoog tussen G’d en Avraham ontstond. Volgens de verklaarder ontstond er een compagnonschap ontstond tussen beiden. Zonder de goedkeuring van Avraham zou G-d Sedom niet verwoesten. Deze episode laat de enorme kracht zien, die de mens heeft om zaken te veranderen. Maar voor ons lijkt het een dialoog van het absurde. Awraham Awinoe is de voorvechter en het symbool van Chesed (liefde, weldoen). Hij verdedigt Sedom dat de antithese is, het symbool van het kwaad. De aankondiging van G-d dat hij Sedom wil vernietigen lijkt een mooie kans voor Awraham om zichzelf en de wereld van Sedom te verlossen, van een corrupte maatschappij. In de dialoog ontdekken we dat Awraham  een “melamed zechoet” is, iemand die bij iedereen het positieve zoekt; iemand die beseft dat mensen misschien slechte dingen doen, maar dat dit nog niet persé betekent dat de persoon slecht is.

Rav Nathan Zvi Finkel zegt dat G’d wist dat er zelfs geen 10 Tsaddikim, goede mensen, in Sedom waren. Hij wist dat het Awraham niet zou lukken om Sedom te redden. Maar wat G’d wilde bereiken is de verdere en ultieme ontwikkeling van de de eigenschap van Chesed bij Avraham. En meer dan dat, omdat Sedom het tegenovergestelde was van Awraham. Hierdoor konden de kwaliteiten van Awraham aanscherpt worden, zodat hij een nog betere onderscheid zou kunnen maken tussen de daden van de mens en de mens zelf.    

Eliezer Wolff 

Rav  & Av Beth Din

Amsterdam & ressort

Deze pagina delen