door rabbijn M. Sebbag

We’rapo Je’rapeh (sjemot 21:19)

In de parsje van aanstaande sjabbat lezen wij dat wanneer iemand een ander lichamelijk schade toebrengt, hij/zij verplicht is deze te compenseren. Er worden verschillende categorieën van schadeherstel genoemd, die eindigen met de verplichting om de medische kosten van de patiënt te voldoen. De Talmoed (Bawa Kamma 85a) leert hieruit: ‘mikaan sjenitna resjoet lerofe lerapot’, van hier leren wij dat het uitoefenen van het beroep van geneesheer toegestaan is.

Sinds jaar en dag bestond er een hechte band tussen de geneeskunde en het Joodse volk. Elke Joodse moeder droomt ervan dat haar zoon dokter zal worden. Vaak oefenden de rabbijnen een geneeskundig beroep uit, zoals Maimonides en Nachmanides. De voorliefde voor de kunst om te genezen vindt haar essentie in het belang dat het Jodendom hecht aan het leven; niet alleen het behouden, maar ook het verbeteren van de kwaliteit ervan.

Over het verbeteren van de kwaliteit van leven schrijft Maimonides in het vierde hoofdstuk van Hilchot De’ot dat het gezond houden van het lichaam van groot belang is. Het lichaam is immers het voorwerp waarmee G-d wordt gediend. En een gezond lichaam geeft ook de mogelijkheid om G-d op de juiste manier te kunnen dienen. Dit houdt in dat de mens ook verplicht is om de voorwaarden te scheppen die hem/haar in staat stellen om spiritueel te groeien.

De mens is verplicht om de gezonde balans te vinden, waarmee zijn lichaam optimaal voor de dienst van G-d kan worden aangewend. Goed eten, voldoende rust en een gezonde levensstijl. Ook psychische balans is uitermate belangrijk om spiritueel te kunnen groeien. Zo moet de mens er ook voor zorgen dat hij in psychische zin gezond blijft. Als duidelijk wordt dat fysiek of psychisch niet de juiste balans aanwezig is en dat de kwaliteit van leven daardoor vermindert, is men verplicht stappen te nemen om deze balans terug te krijgen.

Dit laat ruimte voor een grote variatie aan medische handelingen. Ook medische behandelingen die niet in eerste instantie als ‘genezing’ worden gezien. Neem bijvoorbeeld plastische chirurgie zonder medische indicatie.

In een perfecte wereld, waarin alleen de essentiële zaken een rol spelen in het succes van de mens, zou er geen ruimte zijn voor lichaamscorrecties die niet rechtstreeks verband houden met een levensbedreigende situatie, aangezien de term zelf insinueert dat er iets met het menselijke lichaam mis kan zijn en dat door een ‘correctie’ wordt de ‘fout’ rechtgezet. Dit bestrijd ik. Een grote neus of een kleine neus is geen fabrieksfout. Het hoort ook geen invloed te hebben op de kansen of mogelijkheden om een partner te vinden of promotie te krijgen. Maar helaas hebben wij met een werkelijkheid te maken waarbij uiterlijk wel degelijk een rol speelt. Dit kan ook leiden tot weinig zelfvertrouwen en complexen, die de psychische balans van de persoon verstoren. Dát moet worden rechtgezet. Als blijkt dat de enige mogelijkheid om deze psychische balans te herstellen is door ‘correction surgery’, is men verplicht om medewerking hieraan te verlenen.

De deur staat voor eenieder op een kier om de cosmetisch arts te bezoeken, maar dan wel met het diepe besef dat Anni Hasjem rof’echa, dat alle genezing door G-d wordt georkestreerd.

Rav Menachem

Sjoelrabbijn AMOS

Deze pagina delen