Heb je wel of niet een gespleten persoonlijkheid, nee toch?

In het begin van de parasja van deze week beschrijft de Tora dat aartsmoeder Rivka maar niet zwanger wordt en zij samen met haar echtgenoot aartsvader Jitschak om een kind dawwenden. Hun gebeden worden verhoord en Rivka wordt zwanger. De Tora vervolgt en zegt dat het er bij haar heftig aan toe gaat en Rivka zich afvraagt, waarom moet het er zo zwaar aan toe gaan?

Op het eerste gezicht zou je kunnen bedenken, dit Rivka zich verbaast over de pijnlijke zwangerschap die ze beleeft, dit met moeite kan verkroppen en zich spijt over het dawwenen voor een kind. Maar dit inzicht is moeilijk te bevatten. Iedere vrouw is zich ervan bewust dat zwangerschap gepaard kan gaan met pijnlijke momenten en toch wenst de vrouw een kind op de wereld te zetten. Rivka die zoveel jaren op een zwangerschap heeft gewacht kan toch niet anders, nu zij in verwachting is, zeer binnenkort moeder zou worden en twee kindertjes in haar armen zou sluiten, dit alles zou betreuren?

Na deze paar zinnen vertelt de Tora ons dat Rivka het hier niet bij laat zitten en opheldering wil hebben. Ze krijgt te horen: “Aanstaande moeder, U bent zwanger van een tweeling”. Rivka neemt deze informatie in zich op een komt tot rust. Waarom zij hierdoor haar gemak wordt gesteld vertelt de Tora niet.

De Midrasj legt echter uit, dat wanneer Rivka in de buurt van een plek kwam waar men Tora leerde en goede daden deed, zij het gevoel kreeg alsof het kind eruit wilde. Waarop zij zei, “Wat mooi, mijn kind zal zeker een brave Jehoede worden, hij voelt de goede energie die van deze plek uitgaat. Maar toen zij een paar dagen later aan een plek van afgodendienst en slechte daden voorbijkwam, kreeg zij weer het gevoel dat haar baby eruit wilde. Ze voelde zich toen zeer bedroefd en zei, als mijn baby niet weet wat hij wil en zich in de toekomst voor alles wil gaan inzetten, zowel voor het goede, als voor het kwade dat hij in zijn leven zal tegenkomen, dan is het misschien wel beter om hem niet op de wereld te zetten”. Maar zodra Rivka vernam, dat zij van een tweeling in verwachting was, berustte zich in haar lot van een onrustige zwangerschap. Zij vreesde namelijk aanvankelijk dat haar baby een gespleten persoonlijkheid zou hebben en dat was het dus niet.

Er wordt uitgelegd, dat het verhaal met Rivka op ons allen slaat. Eenieder heeft genot om voor een ander af en toe iets goeds te doen. Soms dawwenen wij voor een ander die ziek is, die iets ander overkomt of helpen wij een ander uit diens beroerde situatie. Op zulke mooie momenten denk ik, dat ik naar het goede streef en het goede doe. Anderzijds kan het ook voorkomen dat ik er heel anders in sta, naar over anderen denk, met moeite mij voor anderen inzet die mijn hulp nodig hebben en goed kunnen gebruiken. Op zulke momenten kan je je afvragen; “Als ik er zo in sta, wie ben ik dan, Waarom ben ik niet standvastig? Ben ik goed of ben ik slecht?

Op dat moment komt de Tora met de boodschap, je bent zwanger van een tweeling waaruit twee volkeren voortkomen. Je hebt een G’ddelijk ziel, een nesjamma, die je continu aanzet tot goede gedachten goede woorden en goede daden. Maar je hebt ook een dierlijke ziel, een nefesj habehamiet, die uitsluitend op zoek is naar wat hemzelf uitkomt, ook al is dit voor de ander nadelig. Deze interne strijd speeelt zich bij een ieder op zijn/haar niveau af. De Tora vermeldt erbij dat de nesjamma meer kracht wordt gegund, die je echter wel met twee handen moet aangrijpen. Mogen wij gedurende ons leven ons tot taak stellen om voor onszelf en onze omgeving op ieder vlak slechts het goede te doen en te bereiken.

Heel veel succes, met een vriendelijke groet,

 

Rabbijn Zwi Spiero, staat voor u klaar!

Joodse Gemeente Amsterdam

Deze pagina delen